Voedingspijlers binnen groeiplaatsverbetering
Voedingspijlers voor groeiplaatsverbetering zijn verticale pijlers met daarin speciaal aangebrachte, voor de boom geschikte grondmengsels. Voedingspijlers zijn vooral bedoeld om storende grondlagen te doorbreken en het contact met het grondwater te herstellen.
Groeiplaatsverbetering door het zuigen van voedingspijlers verhoogt het organische stofgehalte in de bodem en verbetert de water- en zuurstofhuishouding in de bodem verbeterd. Hierdoor verbetert de conditie van de boom. Uit de praktijk blijkt dat de voedingspijlers doorgaans al binnen een jaar na de groeiplaatsverbetering intensief doorworteld zijn.
Grondzuigen van de pijlers
De aanleg van voedingspijlers begint met grondzuigen. Daarbij zuigt onze grondzuigmachine een hoeveelheid bodemmateriaal uit het wortelbereik weg. Onze boomspecialisten vullen de vrijgekomen verticale ruimtes (pijlers) met een geschikt grondmengsel, ofwel een ‘bomenvoedingsmedium’. Het voordeel van grondzuigen in plaats van boren is dat wortels niet door scheuring beschadigd raken, versmering van wanden wordt tegengegaan en schade aan kabels en leidingen voorkomen wordt.
Welk grondmengsel onze boomspecialisten bij de groeiplaatsverbetering aanbrengen, verschilt per situatie. Het grondmengsel kan bestaan uit schimmel gedomineerde humuscompost, , bomenzand, bomengrond, kleikorrels, organische voedingsstoffen en mycorrhyza-schimmels.
Afhankelijk van de situatie kan de aanleg van voedingspijlers gecombineerd worden met andere groeiplaatsverbeteringsmethoden van de Nationale Bomenbank zoals het zogeheten ‘ploffen’ (pneumatisch losbreken) van de bodem en het pneumatisch injecteren van voedingsstoffen met de methode BVI.
Groeiplaatsverbetering met voedingspijlers in de praktijk
In 2012 hadden 29 eiken aan de Voorbeeklaan in Waalre het moeilijk en kwamen in aanmerking voor groeiplaatsverbetering. De bomen vertoonden veel dood hout in de kroon en de bladeren waren zichtbaar te klein en geel. Uit groeiplaatsonderzoek bleek, dat er op een halve meter diepte een verdichte laag aanwezig was en gebrek aan zuurstof in de grond. Bovendien kwam uit onderzoek naar voren, dat er te weinig voedingstoffen in de bodem aanwezig waren. Zonder groeiplaatsverbetering zouden de bomen in hoog tempo achteruit gaan.
De groeiplaatsverbetering bestond uit het aanbrengen van voedingspijlers bij de bomen. Op deze manier ontstond een soort vergiet, waardoor het water niet op de verdichte laag kon blijven staan. Een ander voordeel van deze aanpak was, dat er meer doorwortelbare ruimte ontstond en de zuurstofhuishouding sterk verbeterd werd. De bomen konden hierdoor hun actieradius vergroten en nieuwe voedingstoffen ter beschikking krijgen. Natuurlijk werden de bomen rondom gesnoeid om de hoeveelheid eenjarig hout te verminderen. Dit had het voordeel dat de bomen de reserves in het dikke hout konden aanspreken en hun energie niet kwijtraakten aan het eenjarig hout.
Het resultaat was na een jaar goed zichtbaar: de kleur van het blad was weer fris groen en de grootte van het blad nam zichtbaar toe. Bovendien was de vorming van dood hout in de kronen van de eiken sterk afgenomen.
Methodes voor groeiplaatsverbetering
De Nationale Bomenbank beschikt over tal van methodes voor groeiplaatsverbetering, waaronder grondzuigen, de methode BVI, ploffen en voedingspijlers. Al deze groeiplaatsverbeteringsmethoden zorgen voor een verbeterde water- en zuurstofhuishouding, bodemleven en de aanwezigheid van voedingsstoffen voor groei. Hiermee wordt tevens het wortelopdruk probleem bij de wortel aangepakt.